Een ode aan de aarde

Op zoek naar een keramist.
Gevonden: een ode aan de aarde.

Einführung zur Ausstellung in der Galerie 31, anläßlich des Kunstmonat Ameland, Insel Ameland, Friesland, Niederlande, November 2015
Door Margreet Halma

 

Een ode aan de aarde. Die bijzondere gedachte kwam in mij op toen ik het verslag las van onze mede-exposant in de kunstmaand november a.s. over haar werk als keramiste.

Haar naam is Susanne kallenbach. Ze woont en werkt in het Duitse plaatsje Felde in de buurt van Kiel. Vanwege de afstand hadden we een email-interview.

Ieder jaar opnieuw vind ik het een hoogtepunt als de plannen en de voorbereidingen voor de kunstmaand rond zijn. Daarbij is het uitnodigen van een gastexposant een belangrijk onderdeel. Zijn of haar werk is even belangrijk als het eigen tentoongestelde werk, eigen, dat wil zeggen het werk van Tom Beijl en van mijzelf, Margreet Halma. De lat ligt hoog (populair gezegd) in kunstgalerie Atelier 31. Waarden als harmonie, rust, schoonheid, elk van die gevoelswaarden moet in het werk aanwezig zijn. In een groepstentoonstelling zoals in de kunstmaand is het niet alleen belangrijk dat iedere discipline die bijzondere eigenheid uitstraalt maar ook dat in de combinatie van elkaars werk die waarden nog worden versterkt, er harmonie ontstaat.

Op zoek naar een gast-exposant en liefst een keramist is zeer inspirerend. Al die kunstenaars met hun creativiteit, eigenheid en hun verscheidenheid aan werk. Om op het eeuwenoude terrein van pottenbakken je authenticiteit te bewaken is niet eenvoudig. Hoe zet je bekend en misschien wel heel afgezaagd materiaal als klei om in iets nieuws, iets met betekenis. We komen langs heel veel interessant werk. Prachtige vazen, schalen en objecten.

Intuïtief weten we tijdens onze zoektocht wanneer we die kunstenaar hebben gevonden wiens werk de gezochte kwaliteiten uitstraalt. Ook intuïtief weten we op zo’n moment al dat het een bijzondere tentoonstelling gaat worden en intuïtief weten we dan ook al dat de meningen verdeeld zullen zijn. Waar de een zal zeggen: „hm.. mooi spul” en zijn/haar weg weer gaat, is er de ander die drie keer terug komt om de schoonheid van het werk opnieuw te beleven. De kunstmaand is ieder jaar weer een spannende belevenis.

Met een blij gevoel ontvingen we van Susanne Kallenbach, zelfstandig kunstenaar en docent, het bericht dat ze onze uitnodiging accepteerde.

Van alle keramisten die de afgelopen jaren tijdens de kunstmaand bij ons hebben geëxposeerd valt het op dat ze een de grote liefde voor hun vak hebben; dat ze er met hart en ziel bij betrokken zijn. Hun werk is hun leven. Een andere overeenkomst is dat ze naast hun professionele kunstzinnige beoefening van hun vak ook intensief bezig zijn met studie, onderzoek, experimenteren. Vanaf hun studententijd tot nu, 30 of 40 jaar later. Het leren is nooit klaar. Zo ook onze mede-exposant van kunstmaand 2015, Susanne Kallenbach.

Na haar studie aan de Muthesius Academy voor Schone Kunsten in Kiel (1978 tot 1986) volgt er nog een serie opleidingen ter verdieping van haar vak. Vanaf 1988 is ze docent keramiek, heeft vele solo- en groepstentoonstellingen en symposia in en buiten Duitsland. Op haar CV prijken vele onderscheidingen en prijzen. Van haar onderscheidingen noemt ze de internationale keramiek competitie in Offenburg, een eervolle vermelding van de Internationale Triënnale voor keramiek in Zagreb (Kroatië), en de 3de prijs bij de Internationale Keramiek Competitie in Faenza (Italië).

Over haar grote toewijding aan haar vak zegt ze: „Om je eigen professionele weg van expressie te vinden, in contact te komen met je eigen creativiteit, moet je eenvoudigweg pionieren. Je eigen weg zoeken, alles zelf uitvinden, iedere dag toegewijd zijn aan klei en vuur. Er zijn niet veel mensen die deze weg willen gaan. Hij is lang en eenzaam en zonder geldelijk gewin”.

Ik geniet van dit email interview met onze november-collega. De wijze waarop ze haar werk, haar passie, omschrijft zegt meer dan „duizend woorden”. Soms leest het als een boeiend essay en soms is het pure poëzie. Mogelijk ontstaan omdat onze eigen taal niet toereikend was voor communicatie en we daarom het Engels als voertaal gebruiken.

De liefde voor haar vak spreekt uit elke regel. Tussen de regels door lees ik dat voor haar werken met klei zoveel meer is dan gewoon mooie objecten maken. Haar filosofie is dat klei praktisch iedereen in staat stelt dingen te creëren zowel voor praktisch nut als voor decoratie.

Ze schrijft: „Klei is bereikbaar voor iedereen, overal in de wereld. Je hebt gewoon je handen nodig en vuur en dat nog niet eens. Kijk maar naar adobehuizen die nog steeds gemaakt worden. Comfortabele en functionele huizen gemaakt van aarde en water of van een mengsel van leem en stro. Aarde is het oudste en goedkoopste bouwmateriaal waar huizen van gemaakt kunnen worden. Geschikte aarde en water is overal verkrijgbaar, en de zon, de energie om de stenen te drogen, is gratis”. (In het Midden Oosten zijn de meeste adobehuizen te vinden. M.H.)

Werken met mensen, hen onderwijzen in vormgeving in klei, ze benadrukt hoe belangrijk dat voor haar is. Cursisten hun weg laten vinden hun creativiteit te ontwikkelen door het maken van keramiek.

„De basis van mijn lessen en workshops is het leren van de grondregels hoe te werken met klei. Vertrouwd te raken met het materiaal, kennis te maken met de mogelijkheden en onmogelijkheden die aan klei verbonden zijn. Die grondregels leren gebruiken om daarna eenvoudige bruikbare vormen te maken. De volgende stap is het leren werken op de draaischijf en het vinden van de eigen creativiteit, de eigen vormgeving en expressie. De cursisten werken in mijn studio. Ze zijn vrij in het maken van grote of kleine werken. De enige limiet is de grootte van de oven en natuurlijk hun eigen bekwaamheid. Ik leer hen niet mijn eigen texturen, verf en speciale technieken, maar ik leer hen de weg om om te gaan met klei , de weerbarstigheid van het materiaal en beperkingen te leren zien, te leren zien hoe veranderingen ontstaan door hun handelen. Te leren kijken. Het dwingt mij ook om mezelf nauwgezet en begrijpbaar uit te drukken.”

Omdat een creatieve proces van het maken van kunst een positieve uitwerking kan hebben op mensen met een psychische aandoening, volgde Kallenbach een aantal jaren geleden een studie Kunst-therapie. Kunst/therapie is een proces dat ruimte schept situaties te visualiseren, wegen te vinden, gevoelens uit te drukken in klei. Hiervan zegt ze: „Werken met klei, hoe eenvoudig ook, just by the tips of the fingers zoals zij het uitdrukt, maakt dat je in aanraking komt met diepere gevoelens. Helpt je te leren omgaan met frustraties. Klei geeft je de mogelijkheid te proberen; fouten te maken; te corrigeren. Klei spreekt geen oordeel uit, zolang je maar de regels toepast die nodig zijn voor het materiaal. Zo lang de klei zacht is kan je het veranderen, iets toevoegen, afsnijden, of juist een vergelijking maken tussen het minder goede en het betere en tegelijkertijd werk je aan een eindresultaat. De mogelijkheden van leren, onderzoeken, stap voor stap, ook over jezelf, zijn immens. Pionier te worden van je eigen creativiteit, het maakt de geest ruim, de verwachtingen spannend. Het resultaat in steen en glazuur veroorzaakt vaak een groot geluksgevoel. In mijn werk met gedetineerde volwassen mannen kom ik veel clichés tegen ten aanzien van werken met klei. Ze worden aangetrokken door het eventuele resultaat maar eenmaal bezig zijn ze verrast of gefrustreerd als ze hun eigen ideeën in klei niet bereiken. Ik probeer hen te helpen met het vinden van hun eigen tempo, geduld te betrachten en plezier te beleven aan het vinden van hun eigen creativiteit en creaties. Met sommigen van hen werk ik al een lange tijd en sommigen zijn zelfs na het beëindigen van hun gevangenisstraf met keramiek blijven werken. En wat mezelf betreft … Klei is het meest spannende materiaal om mezelf te uiten. Terwijl ik er heel veel van weet heb ik het gevoel nog maar aan het begin te zijn en dat terwijl ik er elke dag mee werk, al bijna 40 jaar. Iedere dag ga ik de uitdaging aan om nieuwe, expressieve manieren te vinden om uitdrukking te geven aan mijn thema´s door middel van klei, glazuur en vuur”.

Experimenteren met structuur en mogelijkheden haar artistieke expressie te vervolmaken, het ongrijpbare zichtbaar en tastbaar te maken in klei. Voor Kallenbach zijn dat vaak herinneringen aan landschappen en bijzondere atmosferen in de natuur. Kleuren contrasteren of illustreren de verbeelding van het thema. Door de materialen, glazuren en of engobes ontstaat er een keramisch/esthetische verbinding van kunst en natuur die zich in het hele object manifesteert.

Een ode aan de aarde.

Niet voor niets heeft haar huidige project de titel : „Dem Nichts eine Hülle geben”

„Klei is mijn artistieke taal, mijn geadopteerde thuis”, besluit ze haar verhaal. Een slotzin die klinkt als een gedicht.

Ik heb niets meer te vragen en schrijf terug:
Looking forward to meet you.